Veelgestelde vragen Flexwonen
Vraag en Antwoord Flexwonen
Klik op de vraag om naar het antwoord toe te gaan.
1: Wat is flexwonen?
2: Waarom willen we dit doen?
3: Wat willen we bereiken met deze uitbreiding van flexwoningen?
4: Hoe lossen we het probleem van een tekort aan woningen op lange termijn op?
5: Voor wie kan het een oplossing zijn?
6: Wie zijn spoedzoekers?
7: Hoe veel spoedzoekers zijn er in Haarlemmermeer?
8: Wie zijn vergunninghouders?
9: Wat is onze taak voor vergunninghouders?
10: Hoe kun je de integratie bevorderen?
11: Hoe wordt de verdeling in aantal woningen over de doelgroep uitgevoerd?
12: Wat voor soort woningen komen er beschikbaar? Wat is het verschil tussen een flexwoning en een woonwagen?
13: Dit betekent dat er geen eengezinswoningen komen en er dus een doelgroep afvalt namelijk gescheiden ouder met kinderen?
14: Hoelang blijven deze tijdelijke woningen staan en waarom dit termijn?
15: Hoe weten we zeker dat deze woningen niet permanent bewoond gaat worden?
16: Hoelang kan iemand er blijven wonen?
17: Met wie werkt de gemeente samen?
18: Waar willen we dit gaan doen?
19: Welke locaties heeft de gemeente nu op het oog?
20: Wat zijn de volgende stappen?
21: Ik woon in de buurt. Wat doet het met de waarde van mijn huis?
22: Ik ben een projectontwikkelaar en heb eerder een plan ingediend bij de gemeente voor ontwikkeling op een van de terreinen? Waarom mag ik nu niet meedoen aan dit initiatief?
23: Waarom mag de gemeente wel flexwoningen op eigen grond plaatsen en mogen initiatiefnemers van Tiny Houses dit niet?
24: Hoe nemen we de omwonenden mee in onze keuze en wens tot uitvoering van de pilot?
25: Waar kan ik bezwaar maken of vragen stellen?
26: Kan ik in aanmerking komen voor een flexwoning?
27: Wat was het advies van de dorpsraad op het voorstel van mogelijke flexwoonlocaties in Nieuw Vennep?
28: Hoe worden de omwonenden betrokken?
29: Wat is het doel van participatie?
30: Het idee is om bij de Oosterdreef woningen te bouwen die in een LIB-zone valt. Komt er een geluidsonderzoek/ meting plaats?
31: Zijn er genoeg parkeerplaatsen als er woningen in de Sarabande komen? Geldt dat ook voor de oude zwembadlocatie?
32: Wordt het veilig om op en af de weg van beide locaties te komen?
33: Worden deze woningen aardgasvrij opgeleverd?
34: Zijn er voorwaarden waaraan de kwaliteit van de woningen moeten voldoen?
35: De flexwoningen bieden ruimte aan spoedzoekers, starters of jongeren (23+) en aan maximaal 50% vergunninghouders waardoor reguliere woningen vaker vrijkomen voor regulier woningzoekenden.
Wat is de ervaring om een mix van deze doelgroepen bij elkaar te zetten?
36: Is toewijzen van een flexwoning aan Nieuw-Vennepers mogelijk?
37: Wat is de verwachte doorstroom naar reguliere woningen? Gescheiden mensen vinden bijvoorbeeld een nieuwe partner, jongeren gaan samenwonen, enz.
38: Indien een jongere niet meer thuis kan wonen – komt er een moment dat dit weer wel kan? Zijn er organisaties die ervoor zorgen dat deze jongere uiteindelijk wel zelfstandig kan wonen?
En dan mogelijk in aanmerking komt voor een sociale huurwoning?
39: Bestaat de mogelijkheid dat deze woningen langer blijven staan dan 15 jaar? Hoe waarborgen we dat de woningen na 15 jaar weggaan?
40: Kan er gegarandeerd worden dat er na een aantal (15?) jaar, reguliere woningen beschikbaar zijn voor genoemde doelgroepen?
41: Er ligt een voorstel om gebieden met duidelijk aanwijsbare (toekomstige en reële) geluidsoverlast aan te merken als gebieden met een “slecht leefklimaat”, waarbinnen niet gebouwd zou mogen worden. Hoe gaan we hiermee om?
42: Wat wordt er gedaan eventuele problemen met de doelgroep vergunninghouders te voorkomen?
Flexwonen zijn verschillende soorten tijdelijke woonoplossingen. Bij flexwonen is minstens één van de volgende punten tijdelijk:
- de woning zelf,
- de bewoning (via het gebruik van een tijdelijk huurcontract) of
- het tijdelijk gebruik van de locatie waarop een woning wordt geplaatst.
Het gaat meestal om wat kleinere woningen die zowel via transformatie als door nieuwbouw kunnen worden gerealiseerd.
Er is een lange wachtrij woningzoekenden (4000) actief aan het zoeken op woningnet (sociale woningen). Een groep van 300 mensen is per direct op zoek naar een woning anders raken zij dakloos. En wij hebben een landelijke taakstelling om 100 vergunninghouders onderdak te bieden. We zijn binnen de gemeente dus op zoek naar een oplossing om deze wachtrij te verkorten. Dit kan door tijdelijke woningen te creëren waar spoedzoekers tijdelijk een dak boven een hoofd hebben. Alleenstaande ouders, mensen in een echtscheiding met kinderen, starters en jongeren en vergunninghouders helpen wij daarmee. De raad heeft via een motie verzocht om locaties te zoeken voor flexwonen. Zo kan de gemeente op korte termijn zorgen voor extra woningen.
3 Wat willen we bereiken met deze uitbreiding van flexwoningen?
Met de uitbreiding van flexwoningen wordt het woningaanbod tijdelijk vergroot zodat de wachtrij niet nog langer wordt. Er staan meerdere nieuwbouwprojecten op de planning. Totdat deze woningen er zijn, zorgen de flexwoningen voor een minder lange wachtrij.
4 Hoe lossen we het probleem van een tekort aan woningen op lange termijn op?
Er staan diverse permanente nieuwbouwprojecten op de planning die op termijn woningen toevoegen.
5 Voor wie kan het een oplossing zijn?
Voor iedereen. Door meer woningen op de markt te realiseren is het mogelijk om meer mensen te huisvesten. De vergunninghouders en spoedzoekers die anders geen dak boven hun hoofd hebben én de mensen die aan de beurt zijn in de wachtrij van woningnet. Daarom is er voor de mix gekozen van spoedzoekers, starters of jongeren (23+) en aan maximaal 50% vergunninghouders.
Woningzoekenden die acuut een woning nodig hebben (vb gescheiden ouder met kinderen) en mensen met woonproblematiek bijvoorbeeld jongeren (23+) die nog wonen bij ouders en waar dit problemen oplevert.
7 Hoeveel spoedzoekers zijn er in Haarlemmermeer?
Er zijn ruim 4.000 actief woningzoekenden in de sociale sector in onze gemeente, waarvan 400 acuut een woning nodig hebben. Dit gaat ook om jongeren en starters. Per jaar worden circa 680 sociale huurwoning toegewezen in onze gemeente. Daarnaast krijgen wij jaarlijks meldingen van mensen met woonproblematiek en een taakstelling om vergunninghouders te huisvesten.
Vergunninghouders zijn mensen met een verblijfsvergunning. Vergunninghouders zijn net als spoedzoekers (één ouder) gezinnen, jongeren en alleenstaanden. Zij hebben de standaard rechten en plichten als spoedzoekers en andere Nederlanders op de arbeidsmarkt.
9 Wat is onze taak voor vergunninghouders?
In het coalitieakkoord van januari 2019 staat opgenomen dat vergunninghouders een plek om te wonen krijgen zodat zij goed verder kunnen werken aan hun integratie. Het is wettelijk verplicht dat de gemeente zorgt voor alternatieve woonvormen en woningen. Hierdoor wordt het aantal vergunninghouders dat rechtstreeks gebruik maakt van de reguliere woonruimteverdeling minder. Wij hebben als gemeente de taak om vergunninghouders te huisvesten (dit jaar circa 100).
10 Hoe kun je de integratie bevorderen?
In de buurt van voorzieningen en een bewoond gebied wonen, bevordert de integratie door de kennismaking met het gewone leven. De locatie en het wonen tussen andere doelgroepen (bijvoorbeeld spoedzoekers) helpt om te integreren in een wijk of buurt. Ook wordt er gekeken om samen te werken met welzijnsorganisaties om begeleiding te geven aan spoedzoekers en vergunninghouders.
11 Hoe wordt de verdeling in aantal woningen over de doelgroep uitgevoerd?
Een woningcorporatie kan samen met de gemeente bepalen waar de doelgroep wordt geplaatst. Dit is mede afhankelijk van de soort woningen die er zijn.
Dit is afhankelijk van de keuze van de locatie maar het zullen voornamelijk eenkamerwoningen zijn. Een flexwoning is een tijdelijk geplaatste woning (bijvoorbeeld een containerwoning. Daar kan in principe iedereen in wonen. Een woonwagen is verbonden met de cultuur van woonwagenbewoners. Deze willen we mogelijk maken voor specifiek deze groep. Ook zijn woonwagenstandplaatsen in principe niet tijdelijk, maar kan er langere tijd op zo’n plek gewoond worden. Dat betekent dat de plek ook aan hogere eisen moet voldoen voor geluid.
De tijdelijke woningen zijn voornamelijk kleine studio’s. Dat betekent dat gezinnen hier niet lang kunnen wonen en het geen langdurige oplossing is. Het biedt kans voor spoedzoekers (waaronder jongeren) en vergunninghouders. Wel komen hierdoor meer woningen vrij via woningnet.
14. Hoelang blijven deze tijdelijke woningen staan en waarom dit termijn?
De flexwoningen mogen maximaal 15 jaar staan. De kosten van het ontwikkelen en plaatsen van de woningen zijn niet goedkoop. Deze periode maakt het financieel haalbaar.
15 Hoe weten we zeker dat deze woningen niet permanent bewoond gaat worden?
Flexwoningen zijn tijdelijk – voor 15 jaar. Flexwoningen kunnen na 15 jaar verplaatst of gedemonteerd worden.
16 Hoelang kan iemand er blijven wonen?
Het is nog niet besloten of de huurcontracten tijdelijk of voor onbepaalde tijd zijn. Mensen kunnen er maximaal 15 jaar blijven wonen, daarna gaan de woningen weg.
17 Met wie werkt de gemeente samen?
Ymere is betrokken bij het ontwerpen en bouwen van de flexwoningen en het verhuren ervan.
18 Waar willen we dit gaan doen?
Er is in Haarlemmermeer op verschillende locaties gekeken en er is gekozen om met twee locaties in Nieuw-Vennep verder te gaan.
Afwegingen hierbij waar locaties minimaal aan moesten voldoen waren:
- Aanwezig bij een grote kern (alle tijdelijke woningen verdeeld over minimaal twee kernen, hoofddorp heeft al drie locaties)
- Minimaal 1500 m2
- Bij de te onderzoeken locaties zit zowel een locatie tussen bewoning in als aan de rand van een wijk.
- Locaties waar een ander plan op korte termijn voor is vastgesteld vallen af.
- Locaties waar te zware milieu-, stikstof- of geluidsbeperkingen gelden vallen af.
- Locaties zijn niet onhaalbaar of onveilig door LIB (Luchthavenindelingsbesluit).
Er is een lijst met locaties gemaakt die getoetst zijn op deze voorwaarden. Uit deze toetsing zijn locaties gekomen die de op basis van die snelle check de grootste kans op haalbaarheid hadden. Hierna zijn kaders opgesteld op basis waarvan haalbaarheid per locatie getoetst is (variabele locatie-eigenschappen: kavelpaspoort, aantal woningen, bouwlagen, groen, draagvlak etc.). Hieruit kwam de locatie bij het station van Nieuw-Vennep en de de Sarabande 7a.
19 Welke locaties heeft de gemeente nu op het oog?
- Locatie Nieuw-Vennep – Nabij station, naast volkstuinen
- Locatie Nieuw-Vennep – Sarabande 7a, een schoolgebouw met verwachtte leegstand
20 Wat zijn de volgende stappen?

Stap 1. Criteria opstellen - al klaar
We zijn gestart met het opstellen van voorwaarden waar de locaties voor flexwonen aan moeten voldoen.
- Aanwezig bij een grote dorpskern (alle tijdelijke woningen verdeeld over minimaal twee kernen, hoofddorp heeft al drie locaties)Minimaal 1500 m2 groot
- Bij de te onderzoeken locaties zit zowel een locatie tussen bewoning in als aan de rand van een wijk.
- Locaties waar een ander plan op korte termijn voor is vastgesteld vallen af.
- Locaties waar te zware milieu-, stikstof- of geluidsbeperkingen gelden vallen af.
- Locaties zijn niet onhaalbaar of onveilig door LIB (Luchthavenindelingsbesluit).
Stap 2. Locaties zoeken - al klaar
Er is een lijst met locaties gemaakt die getoetst zijn op deze criteria. Uit deze toetsing zijn locaties gekomen die de op basis van een snelle analyse de grootste kans op haalbaarheid hadden. Hierna zijn kaders opgesteld op basis waarvan haalbaarheid per locatie getoetst is (variabele locatie-eigenschappen: kavelpaspoort, aantal woningen, bouwlagen, groen, draagvlak etc.). Hieruit kwamen de Eugenie Previnaireweg en de locatie bij het station van Nieuw-Vennep. Later zijn hier nog de Sarabande 7a en de Fandango 25 aan toegevoegd. Op Fandango 25 blijkt flexwonen niet mogelijk door de vergunning en gebouweigenschappen.
Stap 3. Collegebesluit voor vervolgonderzoek, raad informeren en advies inwinnen van de dorpsraad. - huidige fase
Er vindt een verdiepende analyse van de omgeving plaats. In deze fase is geen inspraak mogelijk. De dorpsraad (Dorpsraad Nieuw-Vennep) wordt in juli geconsulteerd over de locaties en adviseert het college. Dit advies wordt meegenomen bij de integrale afweging voor de locaties. Het advies van de dorpsraad dient mede als input voor het vaststellen van de kaders waarbinnen geparticipeerd kan worden in het vervolgtraject.
Parallel aan de analyse van de omgeving vindt er een verdieping plaats op het gebied van juridische en financiële zaken.
Stap 4. Collegebesluit voor de locatiekeuze (30 juni)
Op basis van het verdiepende haalbaarheidsonderzoek een voorstel gedaan over:
- locatie(s) voor flexwonen
- participatietraject
- voorstel hoe de uitvoering haalbaar wordt.
Stap 5. Inventarisatie voor participatietraject
Na vaststelling van de locaties wordt het participatietraject opgestart waarbinnen we met de betrokkenen bepalen hoe flexwonen op de gekozen locatie vorm gaat krijgen en hoe de integratie met de nieuwe bewoners tot stand komt.
Stap 6. Raadsbesluit voor het openen van een grondexploitatie (bebouwing)
Ter voorbereiding op deze stap stelt de gemeente een grondexploitatie op, dit is de financiële berekening waar alle uitgaven en inkomsten voor de gemeente voor dit project in staan. De grondexploitatie gaat bij elk project ter goedkeuring langs de raad. Als deze is goedgekeurd kunnen de gemeente en woningbouwcorporatie het ontwerp uitwerken.
Stap 7. Ontwerp
In deze stap wordt het ontwerp voor de flexwoningen uitgewerkt. Met dit ontwerp wordt een omgevingsvergunning aangevraagd via de reguliere procedure.
Stap 8. Bouw
Als de vergunning is verleend en de grond is bouwrijp kan de corporatie starten met bouwen.
Stap 9. Wonen in de nieuwe woningen
Als de woningen gebouwd zijn krijgen mensen de woning toegewezen en mogen hier gaan wonen.
21 Ik woon in de buurt. Wat doet het met de waarde van mijn huis?
De gemeente stelt ruimtelijke eisen aan de ontwikkeling van de flexwoningen. In het participatietraject wordt gekeken hoe de flexwoningen op wijkniveau waarde kunnen toevoegen aan de wijk.
Voor gronduitgifte geldt in beginsel geen aanbestedingsplicht. De gemeente mag voor haar eigen gronden bepalen aan welke partij zij de gronduitgifte gunt. De gemeente werkt voor sociale woningbouw bij voorkeur samen met een woningbouwcorporatie. Zo kunnen de woningen toegewezen worden via woningnet.
Er is een dringend te kort aan veel woningen daarom kiezen wij nu wel voor tijdelijke bebouwing met meerdere bouwlagen. Flexwoningen zijn te vergelijken met permanente woningen als het gaat om hoeveel woningen ergens passen. Je kan ze tegen elkaar aan en op elkaar bouwen waardoor we – tot permanente projecten zijn opgeleverd - meer mensen een woning aan kunnen bieden. Dat was niet mogelijk met het initiatief van de Tiny houses in bijvoorbeeld Badhoevedorp.
24 Hoe nemen we de omwonenden mee in onze keuze en wens tot uitvoering van de pilot?
De verdiepende fase is bedoeld om via de dorpsraad te kijken wat er speelt en hoe we de omwonenden het beste mee kunnen gaan nemen. In stap 3 geeft de dorpsraad van Nieuw-Vennep advies aan het college. Dit wordt meegenomen voor de integrale afweging van de 3 locaties. In stap 5 worden kaders opgesteld voor participatie, mede door het advies van de dorpsraad.
25 Waar kan ik bezwaar maken of vragen stellen?
We zitten niet in de fase om bezwaar te maken maar u kunt wel uw vragen en/of opmerkingen kwijt via email flexwonen@haarlemmermeer.nl of neem contact op met uw gebiedsmanager in Nieuw-Vennep.
26 Kan ik in aanmerking komen voor een flexwoning?
De spoedzoekers en vergunninghouders die in de flexwoningen gaan wonen krijgen de woning toegewezen na overleg tussen de gemeente en de corporaties. De starters en jongeren kunnen de woningen toegewezen krijgen via woningnet, daarvoor moet je ingeschreven staan bij woningnet.
De dorpsraad heeft gekeken naar de drie locaties die genoemd zijn in de nota van 30 juni (2020.0001449, Pilot flexwonen). Er zijn vragen gesteld over de locaties en per locatie is de voorkeur van de dorpsraad uitgesproken en zijn aandachtspunten meegegeven. Samengevat geeft de dorpsraad dit advies:
- Eugenie Previnaireweg: de dorpsraad heeft geen voorkeur voor deze locatie. Indien toch gekozen wordt voor deze locatie vraagt de dorpsraad aandacht voor de leefbaarheid in de wijk: het onderhoud voor het gemeenschappelijk groen.
- Oosterdreef: de dorpsraad heeft een lichte voorkeur voor deze locatie. De dorpsraad geeft participatie voor omwonenden, geluidsoverlast voor nieuwe bewoners en informeren organisatoren van de feestweek bij de motor- en autocross mee als aandachtspunt.
- Sarabande: de dorpsraad heeft geen voorkeur voor deze locatie in verband met mogelijke logistieke problemen door verkeer en parkeren. De verkeers- en parkeerdruk wordt momenteel onderzocht.
28: Hoe worden de omwonenden betrokken?
Het eerste deel van de participatie is gestart met de informatievoorziening, mogelijkheid tot vragen en consultatie bij de dorpsraad. Ook hebben we via de gebruikelijke kanalen (een nieuwsbericht in Informeer en onze website) gecommuniceerd dat we voor drie locaties in Nieuw-Vennep kijken naar de geschiktheid voor flexwonen. Het vervolg van het participatietraject is nu opgestart. De locaties en het aantal woningen staan vast. Hoe de verdere inrichting vorm krijgt, wordt samen met de omwonenden en de dorpsraad afgestemd. Ideeën hierover zijn nu al welkom.
29: Wat is het doel van participatie?
De gemeente vindt het belangrijk dat inwoners meedenken. Bij dit project willen wij middels participatie verbinding tussen omwonenden en bewoners van flexwoningen tot stand brengen. Met het als doel een optimaal woon- en leefklimaat in stand houden en/of creëren.
30: De Oosterdreef valt in een LIB-zone. Komt er een geluidsonderzoek/ meting?
Vanwege de LIB-contour (geluid en veiligheid Schiphol) is toestemming van het ministerie nodig voor woningbouwontwikkeling. Voor reguliere woningbouw is die kans zeer klein. Voor deze tijdelijke woningbouw toestemming verleend door het ministerie.
Dat gaat de gemeente onderzoeken. Het gebruik van het parkeerterrein door de voormalige basisschool wordt vergeleken met te verwachte gebruik voor de woningen. Daarna vullen wij het eventueel aan met metingen van het huidige gebruik (leegstaand gebouw). Dat gaan we nog uitzoeken. Er zijn nog parkeerplaatsen van het oude zwembad, maar we weten niet of dat genoeg is.
32: Wordt het veilig om op en af de weg van beide locaties te komen?
Ja dat moet passen op de bestaande infrastructuur. Dit wordt gecontroleerd door de gemeentelijke verkeerskundigen in overleg met onder andere de hulpdiensten.
33: Worden deze woningen aardgasvrij opgeleverd?
Ja, alle (tijdelijke) nieuwbouwwoningen in Haarlemmermeer worden aardgasvrij opgeleverd te worden.
34: Zijn er voorwaarden waaraan de kwaliteit van de woningen moeten voldoen?
Er worden in de nadere uitwerking van het dit project financiële afspraken gemaakt met bijvoorbeeld woningcorporaties. Voor de haalbaarheid wordt zowel naar het financiële deel gekeken, voor zowel de uitvoerder als de gemeente, als naar de wijze waarop de woningen worden ingepast in de bestaande omgeving. Voor elke locatie heeft de gemeente randvoorwaarden opgesteld die rekening houden met de leefbaarheid en uitstraling van de nieuw te ontwikkelen tijdelijke woningen. Ook bij de aanscherping van de businesscase dient aan deze randvoorwaarden te worden voldaan. Daarnaast heeft de rijksoverheid regels waar woningen aan moeten voldoen, het bouwbesluit. De flexwoningen moeten hier ook aan voldoen. Vanwege de LIB-contour (geluid en veiligheid Schiphol) is toestemming van het ministerie nodig voor woningbouwontwikkeling. Voor reguliere woningbouw is die kans zeer klein. Voor deze tijdelijke woningbouw toestemming verleend door het ministerie.
De gemeente heeft meerdere locaties waar mixen van doelgroepen samenwonen. Dit geldt voor nieuwe wijken, bestaande wijken en buurten. Hoe de mix van doelgroepen er precies uit ziet is mede afhankelijk van het soort woningen die worden opgeleverd. In Lincolnpark is een wijk opgeleverd waarin een soortgelijke mix van de doelgroep is gaan wonen. Ook zijn er complexen in de Etta Palmstraat, Hoofddorp en Jan van Gentstraat, Badhoevedorp die door een mix van doelgroepen bewoond worden. Wij hebben op de genoemde locaties geen bijzondere situaties waargenomen. De woningen worden zelfstandig bewoond, omwonenden, bewoners en de corporaties/verhuurders zijn goed betrokken om de buurt leefbaar te houden.
36: Is toewijzen van een flexwoning aan Nieuw-Vennepers mogelijk?
In onze huisvestigingsreglement (-verordening) op basis waarvan we in de regio (Amsterdam regio) sociale huurwoningen verdelen, staat dat woningen kunnen worden toegewezen op basis van huidige woongemeente. We willen maximaal van deze mogelijkheid gebruik maken.
Per doelgroep is de doorstroom verschillend. De ervaring leert dat de bewoners veelal zelf op zoek gaan naar een andere woning omdat ze ruimer willen gaan wonen. We bekijken de situatie bij de andere tijdelijke projecten en zo nodig worden doorstroominstrument ingezet. Een voorbeeld van een doorstroominstrument is het behoud van inschrijfduur voor jongeren die een tijdelijk huurcontract hebben. Hiermee maken ze, aan het einde van het contract, meer kans op de woningmarkt.
De woningen zijn zelfstandig, maar de jongeren krijgen een tijdelijk huurcontract van vijf jaar. Ymere heeft bijvoorbeeld in 2019 jongeren woningen aan de Hoofdweg opgeleverd. Het is de bedoeling dat de jongere zelf voor vervolghuisvesting zorgt. Zoals bij het vorige punt staat aangegeven monitoren we dit.
Bij jonge vergunninghouders wordt de zorg verleend door HVO en Level (voorheen Spirit).
Het doel van flexwonen is snel en tijdelijk de druk op de woningmarkt te verlichten. Hiervoor wordt gebruikt gemaakt van de Crisis- en Herstelwet. De termijn dat de woningen maximaal mogen blijven staan is volgens deze wet 15 jaar. Deze bepaling komt in de omgevingsvergunning van de flexwoonlocatie te staan. Daarnaast zal de woningcorporatie een overeenkomst moeten sluiten voor het gebruik van de grond. In die overeenkomst gaan we ook uit van 15 jaar.
Deze garantie kunnen wij niet geven. De ervaring leert dat de doelgroepen zelf doorstroommogelijkheden vinden als de woning niet meer passend is. Daarnaast behouden jongeren de inschrijfduur bij woningnet bij een jongeren contract, hierdoor krijgen zij later meer kans op de woningmarkt.
Dat klopt en dit betekent dat mogelijk driekwart van onze gemeente de stempel ‘slecht leefklimaat’ krijgen. Een onwenselijk situatie voor huidige inwoners en voor toekomstige ontwikkelingen. De gesprekken met het ministerie lopen hierover. Het is nu nog niet in te schatten welk effect het op de projecten in Haarlemmermeer gaat hebben.
42: Wat wordt er gedaan eventuele problemen met de doelgroep vergunninghouders te voorkomen?
Vergunninghouders gaan wonen op plekken in onze gemeente waar zij (verder) kunnen werken aan hun integratie. In het vervolg van het participatietraject gaan we samen met omwonenden kijken hoe de integratie met de nieuwe bewoners – vergunninghouders maar ook de andere spoedzoekers– tot stand komt. De woningcorporatie en de gemeente hebben daar een gezamenlijke verantwoordelijkheid in. De gemeente, corporatie, bewoners en omwonenden houden contact met elkaar om de integratie zo goed mogelijk te laten verlopen.